Grote verschillen in ontwikkeling van de productiviteit in de tijd
Productiviteit staat voor de geleverde dienstverlening per euro en is als zodanig een maat voor de waar die de burger geleverd krijgt voor zijn belastinggeld en/of eigen bijdrage. Figuur 1 toont de gemiddelde jaarlijkse groei van de productiviteit van de acht onderzochte uitvoeringsorganisaties per deelperiode.
Opmerkelijk zijn de grote verschillen in de tijd. In de periode 1998-2006 is bij bijna alle organisaties sprake van productiviteitsgroei. In de periode 2006-2013 vindt bij de meeste uitvoeringsorganisaties een flinke productiviteitskrimp plaats. Bij de Sociale Verzekeringsbank en het Centraal Bureau voor de Statistiek treedt wel een (forse) groei op. In de laatste periode (2013-2020) laat de helft van de organisaties een positieve productiviteitsgroei zien, de andere helft een negatieve groei. De productiviteitsgroei van de organisaties is door de tijd heen dus weinig bestendig. Een periode van groei wordt vaak gevolgd door een periode van krimp. Van de organisaties waarover voor de hele periode (1998-2020) cijfers beschikbaar zijn is er niet één die in elke periode groei weet te realiseren.
Bekostiging en type organisatie doen er niet toe
Er zijn geen aanwijzingen gevonden dat de bekostigingswijze van invloed is op de productiviteitsgroei. Tariefgefinancierde organisaties doen het niet beter of slechter dan budgetgefinancierde organisaties. Ook zijn er geen duidelijke indicaties dat zelfstandige bestuursorganen (zbo’s) productiever opereren dan agentschappen.
Schaal en arbeidsintensiteit
Er zijn voorzichtige aanwijzingen dat grote organisaties (met een personeelsomvang van meer dan 3000 fte’s) qua productiviteitsontwikkeling net iets beter (of minder slecht) presteren dan kleinere organisaties. Ook zijn er lichte indicaties dat de productiviteit van arbeidsintensieve organisaties zich vaak iets gunstiger ontwikkelt. Merkwaardig is de tendens naar een steeds grotere arbeidsintensiteit bij de meeste uitvoeringsorganisaties. De toenemende inzet van ICT blijkt dus personeel niet weg te drukken uit het productieproces.
Verdoorn-effect en economische groei
Een groeiende dienstverlening gaat bij de uitvoeringsorganisaties vrijwel steeds gepaard met productiviteitsgroei en een krimpende dienstverlening gaat in de meeste gevallen samen met een negatieve productiviteitsgroei. Deze samenhang staat bekend als de wet van Verdoorn. Blijkbaar geldt deze wet ook voor uitvoeringsorganisaties en vooral bij economische schommelingen. Bij de meeste uitvoeringsorganisaties treedt tijdens hoogconjunctuur een productiviteitsgroei op en gedurende laagconjunctuur een negatieve productiviteitsontwikkeling.
Kwaliteit en productiviteit
Uit de resultaten blijkt verder dat een groeiende productiviteit vaak hand in hand gaat met een verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening. Dat is een opvallende uitkomst, vooral in het licht van de huidige discussie over de problemen in de uitvoeringspraktijk. In deze discussie wordt de eenzijdige sturing op doelmatigheid vaak opgevoerd als een belangrijke oorzaak van de tekortkomingen in de kwaliteit van de uitvoering. Daar valt dus het nodige op af te dingen.
Download
Het rapport Uitvoeringstrends in perspectief. Een comparatieve analyse van de productiviteitstrends van uitvoeringsorganisaties van Jos Blank en Alex van Heezik is te downloaden via deze link.
Over het onderzoek
Het onderzoek maakt deel uit van een tweejarig onderzoeksprogramma (2022-2023) waarin de productiviteit en doelmatigheid van uitvoeringsorganisaties centraal staan. Dit programma is een van de onderdelen van het project Staat van de Uitvoering van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en ICTU.
Voor vragen over het onderzoek kunt u contact opnemen met Alex van Heezik (a.vanheezik@ipsestudies.nl | 06 245 174 11) of het secretariaat van IPSE Studies (v.vloemans@ipsestudies.nl | 06 205 226 43).